Programma

Programma 7 Maatschappelijke ondersteuning

Programma 7 Maatschappelijke ondersteuning

Blijven we binnen budget?

Bedragen x €1.000

Financieel overzicht

Begroting

Verschil

6.1 Samenkracht en burgerparticipatie

11.608

251

6.2 Wijkteams

11.881

6.5 Arbeidsparticipatie

203

6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO)

5.718

6.71 Maatwerkdienstverlening 18+

39.831

2.829

6.81 Geëscaleerde zorg 18+

46.808

-1.170

7.1 Volksgezondheid

1.916

0.10 Mutaties reserves

-797

Totaal

117.168

1.910

TAAKVELD

Toelichting afwijkingen

6.1 Samenkracht en burgerparticipatie

Er is een voordeel als gevolg van de lagere vaststelling van een aantal subsidies over het jaar 2019. Op dit taakveld gaat het om een bedrag van € 158.000 dat is teruggevorderd.
De beschikbare ruimte voor een aanvullende voorziening is niet volledig benut. Er is een voordeel van € 136.000.
Verder zijn er diverse overige verschillen die het resterende saldo verklaren.

6.2 Wijkteams

6.5 Arbeidsparticipatie

6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO)

6.71 Maatwerkdienstverlening 18+

Het voordeel op dit taakveld bedraagt € 2.829.000 en bestaat naast diverse kleinere verschillen van in totaal € 129.000 uit een incidenteel voordeel van € 2,7 op individuele voorzieningen Huishoudelijke hulp en individuele begeleiding, hoofdzakelijk als gevolg van Corona (tijdelijk uitgevallen / verminderde vraag).
Per 1 januari 2019 is het abonnementstarief ingevoerd. De producten die vallen onder het abonnementstarief (met name Huishoudelijke hulp en voorzieningen) lieten in dat jaar een forse kostenstijging zien: ruim 20% op HH en 35% op voorzieningen. Daarmee is er in 2019 van flinke stijging van de kosten. Ook voor het jaar 2020 verwachtten we nog een stevig voortzettende volumegroei. Hiermee hielden we in het budget ook rekening. Corona zorgde echter voor uitval / vermindering van de (nieuwe) zorgvraag. Daardoor ontstond een voordeel op het budget. Dit voordeel werkt ook incidenteel door naar 2021. Inmiddels zien we een boeggolf aan aanvragen welke ook leidt tot de achterstand zoals genoemd bij de prestaties. Verwachting is dat achterstanden de komende maanden worden ingelopen. Door deze vertraagde instroom, loopt het incidentele financiële voordeel in 2021 verder op:

Zodra achterstanden zijn ingelopen, wordt duidelijk met welk percentage het aantal cliënten verder stijgt. Naar verwachting zal de volumegroei alsnog inzetten waardoor het financiële voordeel zal weg ebben. In het 2e kwartaal 2021 is hier in financieel opzicht meer zicht op, waarbij Corona nog altijd voor enige onzekerheid zorgt.
Buiten de individuele voorzieningen Huishoudelijke hulp en begeleiding verwachten we per saldo een voordeel van € 129.000.
Actualisatie / wijzigingen risico's

Risico

Korte Toelichting MPB

Actualisatie Turap

Financiële consequenties opgenomen tekorten en volume- en prijsontwikkeling Wmo worden onvoldoende door ingezette maatregelen opgevangen

Stijgende kosten in meerjarig perspectief. Als beheersmaatregelen genoemd het pakket aan ombuigingsmaatregelen en actieve lobby naar het Rijk voor aanvullende rijksbijdrage

Structureel risico
Financieel effect € 14 miljoen met een kans van optreden van 70%

Huidige prognoses laten een afvlakkende groei van de kosten zien. Momenteel zo’n € 2,5 tot € 3,0 miljoen lager. Omdat het risico structureel is, is het effect dan 0,7 (kans) * € 6 mln, = ruim € 4 mln.
Daarnaast wordt momenteel gekeken naar extra beheersingsmaatregelen voor het abonnementstarief. Bijvoorbeeld inkomen meewegen en/of een plafond invoeren. Ook landelijk gaan er steeds meer geluiden op om het abonnementstarief aan te passen of zelfs af te schaffen
Omvang van het risico kan worden aangepast in € 10 mln.  met een kans van 50%

6.81 Geëscaleerde zorg 18+

Nadeel van € 1.770.000 i.v.m. afdracht aan regiogemeenten
Per 1 januari 2021 wordt de wlz. opengesteld voor een deel van de cliënten die nu gebruik maken van Beschermd Wonen. In de begroting 2021 is er rekening mee gehouden dat dit om ongeveer 25% van het aantal huidige cliënten zou gaan, naar huidige wordt dit 50%. De verlaging van de Rijksbijdrage waartoe dit leidt en daarmee het budget bedraagt zo’n € 25 miljoen. De definitieve rijksbijdrage voor 2021 is uiterlijk met de decembercirculaire 2021 bekend. Het daarna resterende regionale budget voor beschermd wonen wordt vervolgens niet meer historisch maar objectief verdeeld en er vind een doordecentralisatie  plaats. Dit betekent een verdere afbouw van het Rijksbudget. De rijksbijdrage loopt naar verwachting van € 31 miljoen in 2021 terug naar € 18 miljoen in 2032.
De regio zal over de inzet hiervan nadere afspraken maken waarbij de zes gemeenten de intentie uitspraken voor financiële solidariteit en de vorming van een regionaal budget vanaf 1-1-2023. Het streven is om 190 tot 240 intramurale plekken af te bouwen in de periode van 2023 tot 2030 en daarmee de lagere rijksbijdrage op te vangen.
Door de onzekerheden rond de uitname Wlz. is het lastig om voor 2021 op dit moment een onderbouwde prognose te maken. Duidelijk is in ieder geval dat de huidige Rijksbijdrage ruim toereikend is voor de kosten. Daarmee zal er in 2021 geen sprake zijn van een nadeel en is de verwachting (ruim) binnen dit budget te blijven. Conform de regionale afspraak wordt het batig saldo verrekend met de overige regiogemeenten. Op basis van huidige stand van zaken verwachten we een afdracht richting regiogemeenten van € 1.770.000.
Het genoemde nadeel betreft de afrekening van het batig saldo op de rijksbijdrage met de regiogemeenten. Tegenover dit nadeel staat het voordeel van de hogere Rijksbijdrage op programma 1.
Voordeel € 600.000 als gevolg van terugbetaling over voorgaande jaren
Begin 2021 is er overeenstemming met een zorgaanbieder over terugbetalen van te veel  betaalde zorg 2017/2018 van € 600.000.
Actualisatie / wijzigingen risico's

Risico

Korte Toelichting

Actualisatie

Nieuwe verdeelmodel rijksbijdrage beschermd wonen

Door decentralisatie samen met het nieuwe verdeelmodel leidt tot een forse neerwaartse bijstelling van de rijksbijdrage

Structureel risico

Financieel effect € 6 mln., kans 50%

Inmiddels worden de cijfers meer duidelijk. De uitname van de Wlz. zorgt voor een budgettair neutrale afname van kosten en budget met ongeveer € 23 miljoen (gebaseerd op 50% van het aantal cliënten).

Volgens indicatieve berekening is de rijksbijdrage in 2022          € 31,6 mln, en daalt naar € 27,9 mln. in 2025. Structureel risico is dus     € 4 mln. conform de systematiek voor structurele risico’s weegt die dan mee voor € 8 mln.

Advies
Omvang van het risico aangepast in € 8 mln. Kans blijft gelijk

7.1 Volksgezondheid

0.10 Mutaties reserves

Deze pagina is gebouwd op 08/31/2021 16:24:48 met de export van 08/31/2021 16:20:23